Hij duikt onder bij een groot industrieel, bij meneer Pierre Voortman. Die brengt mijn vader vervolgens in contact met het spionagenetwerk Zero. Mijn vader kent het bestaan er niet van, kent er niemand van. Zero is eerder Franstalig en ontstaan in de Bank Brussel Lambert te Brussel. Ze zijn gestart met clandestiene pers maar het groeit snel uit tot een belangrijk netwerk met meer dan 4000 leden. Industriëlen, juristen, bankiers, politiekers, journalisten en oud militairen. Het netwerk staat in contact met de veiligheid van staat die in ballingschap in Londen zit. In eerste instantie is het de bedoeling dat mijn vader een opdracht uitvoert en via een ontsnappingsroute uit bezet Europa, via Frankrijk, over de Pyreneeën en zo door Spanje tot in Engeland zou geraken, waar hij verder als piloot zou worden opgeleid. Er liepen verschillende ontsnappingslijnen door Frankrijk en Spanje, die honderden levens hebben gered. Maar voor mijn vader liep het jammer genoeg mis. Hij is wel tot in Spanje geraakt, maar door toedoen van verklikkers en bepaalde documenten worden ze opgepakt door de Spaanse politie. Die geven hen na verhoor over aan de Franse politie en tenslotte ook aan de Nazi’s.
In het zuiden van Frankrijk, in de buurt van Perpignan, te Rivesaltes worden hij en zijn kompanen in een concentratiekamp gevangengezet. Het is er heel slecht en niet goed bewaakt en ze slagen erin om na 10 dagen te vluchten. Zo staat mijn vader begin januari 1943 terug in België, bij meneer Pierre Voortman en opnieuw bij het spionagenetwerk Zero.
Mijn vader maakt een verslag over de verklikkers op de Komeetlijn en wint hierdoor aan vertrouwen van de leidinggevenden bij Zero. Ze benoemen hem tot inlichtingenagent en geven hem een nieuwe identiteit.
Jules Dumoulin is geboren.
Zijn taak is ‘grote koerier’. Het is een fulltime opdracht. Met de trein, tram, fiets en te voet reist hij dag in dag uit heel het land door. Hij haalt overal documenten op, zowel voor Zero als andere inlichtingendiensten. Het zijn belangrijke gegevens die het Europese vasteland kunnen bevrijden. Het gaat over militaire en industriële informatie, met schema’s, uurroosters etc. Al die informatie brengt hij op één adres. Daar wordt een selectie gemaakt volgens belangrijkheid. De gegevens worden op filmrollen gezet en die filmrollen moet hij naar Parijs brengen. Mijn vader pendelt wekelijks, en dit elke woensdag tussen Brussel en Parijs om de filmrollen met belangrijke informatie door te geven. Hij houdt het 1 jaar en 6 maanden vol. Een meer dan zenuwslopende opdracht! Maar hij is een uitmuntende spion, weinigen houden dat zo lang vol. Zijn stille en onopvallende houding uit zijn kindertijd komt nu goed van pas.
Begin 1944 hebben de Nazi’s weet van ‘de grote koerier’ maar ze weten gelukkig niet wie het is. Hij heeft nog verschillende maanden kunnen verder doen, maar op een gegeven moment wordt de spanning hem teveel. Zijn oversten zetten hem enkele weken op non-actief om tot rust te komen. Het zou dus goed kunnen aflopen voor mijn vader. Maar dan vraagt men hem om nog een laatste opdracht uit te voeren…
Ergens rond het Zuid-station in Brussel moet hij documenten ophalen. Hij komt met de trein aan in het Noordstation, het Centraal-station is op dat moment nog niet in gebruik en moet hij te voet de stad door naar het Zuidstation. Onderweg bij het buitenkomen van de Koningin Elisabeth-galerij, dicht tegen de grote markt in Brussel, stopt net voor hem een auto. Er stapt een man met een lange jas aan uit de auto. Hij heeft een revolver vast. Ne Feldgendarm ! Die man komt naar hem en vraagt zijn papieren. De Duitsers zijn op dat moment heel zenuwachtig en voeren versneld arrestaties uit. Het was een lukrake arrestatie! Die Feldgendarm verdenkt mijn vader ervan een werkweigeraar te zijn. Gelukkig heeft hij op dit moment zijn opdracht nog niet ontvangen. Maar hij heeft wel een valse identiteitskaart op zak. Hij wordt gearresteerd en naar de gevangenis gebracht.